Hoe bouw je digitaal draagvlak bij infrastructuurprojecten?

Interactief platform: stakeholders als co-ingenieurs

Wanneer je een project wil realiseren, organiseer je binnen het vergunningsproces gegarandeerd een inspraakmoment. Maar burgers zien zo’n officieel inspraakmoment niet als echte inspraak. De plannen zijn dan al vaak vergevorderd, maar burgers leren het project dan pas kennen. Zij willen echter al vroeger bij het proces worden betrokken.

Door een interactief participatieplatform in te schakelen, kan je burgers al in de ontwerpfase betrekken. Bovendien kun je meer jonge en drukbezette mensen bereiken als je ook online om input vraagt. Maak van de buurtbewoners echte co-ingenieurs en zorg ervoor dat zij oplossingen en ideeën kunnen aandragen. Op die manier wordt je project beter en bouw je al aan draagvlak in de wijk nog voor het vergunningsproces van start gaat.

GIS-kaart: breng je project tot leven

Buurtbewoners willen meteen weten welke impact een infrastructuurproject op zijn directe omgeving heeft. Visualiseer je werken of maak je project tastbaar voor de stakeholders die je wil overtuigen. Een interactief geografisch informatiesysteem (GIS) dat informatie persoonlijk maakt kan je daarbij helpen. De meest bekende GIS-kaart is ongetwijfeld Google Maps. In deze applicatie kan je gegevens selecteren of inzoomen op informatie die voor jou van toepassing zijn.

Door tal van (ruimtelijke) gegevens over je project op een kaart te integreren en vervolgens zorgvuldig op individueel niveau te presenteren, kan je stakeholders informeren over de impact of voordelen op hun directe omgeving. Projecteer bijvoorbeeld een toekomstbeeld van je project in het huidige landschap zodat elke stakeholder de impact vanuit zijn oogpunt van de wijk kan zien. Of visualiseer aan de hand van meetgegevens en -modellen de impact op de verkeerssituatie in hun eigen straat, zowel voor als na de aanleg van een nieuwe verkeersader.  

Sociale media: laat buurtbewoners je sporen volgen

Een groot infrastructuurproject realiseer je niet op 1-2-3. Al die tijd moeten buurtbewoners wel leven met de ongemakken van de realisatie. Als buurtbewoners zien waar je mee bezig bent, begrijpen ze meer. En worden ze ontvankelijker voor de boodschap. Laat buurtbewoners en geïnteresseerden je sporen volgen via sociale media en beetje bij beetje zien hoe de werken vorderen.

Toon daarbij niet alleen het decor, maar ook de acteurs. Zorg ervoor dat werfleiders, aannemers en bouwvakkers herkenbaar en mensen van vlees en bloed worden. Wanneer zij dan een vervelende boodschap moeten brengen – bijvoorbeeld extra hinder of vertraging van de werken – zullen buurtbewoners sneller begrip tonen.  

Digitale nieuwsbrief: informatie-op-maat voor doelgroepen

Aan de hand van digitale nieuwsbrieven kan je stakeholders regelmatig informeren over geplande werken en eventuele bijhorende hinder. 

Bij grote infrastructuurwerken moet je wel vermijden dat stakeholders veel overbodige informatie krijgen. Want lange nieuwsbrieven met veel (nutteloze) informatie blijven vaak ongelezen in hun mailbox.

Om overbodige informatie te vermijden, kan je specifieke doelgroepen bij de eenmalige intekening op je digitale nieuwsbrief alle categorieën laten aanvinken waarover zij berichten wil ontvangen. Buurtbewoners krijgen de kans om enkel informatie te ontvangen over de werken en hinder in hun wijk. Of weggebruikers kunnen beslissen om alleen een nieuwsbrief te krijgen wanneer de verkeerssituatie wordt gewijzigd.   

WhatsApp: speel kort op de bal 

Tijdens het bouwproces heeft de hinder die stakeholders ondervinden een grote impact op het draagvlak voor je project. Goede werfcommunicatie kan deze hinder verminderen. Maar dan moet je ze wel op het juiste moment kunnen verstrekken. Niemand schrikt ‘s morgens graag wakker van het gedreun van een graafmachine of drilboor in zijn straat.

Door een WhatsApp-groep aan te maken waar de aannemer onderdeel van uitmaakt, kan je kort op de bal spelen. Via berichten krijgen bewoners regelmatig updates over de hinder en de bereikbaarheid. Zo weten zij wat hen te wachten staat wanneer ze ’s morgens hun kinderen naar school moeten brengen of wanneer ze ‘s avonds na het werk thuiskomen.